Opdracht subgroep Schrijvenswaard “ Bloementuin “
In al het kijken neigt het bewonderingwaardig
cliche – bloemen, gerangschikt naar eigen
aard willen voortaan weelderig lijken.
Waar verblijft de tijd? Vergankelijkheid kent
haar seizoenen – in een enkel jaar kunnen
kleuren pracht en praal bepalen.
Tot in het vergaan. Wat steeds blijft wil altijd
anders, bloei en groei gelijk. De insecten
schrikken er van.
Ik verken vertrouwd mijn paden. Wat mij
aangaat kent mijn richting, de geuren
achterna.
Als ik omzie is het te laat. Het moet nog een hete
zomer worden om mij alsnog te ontmoedigen. De
tuin heeft haar omtrek nog niet verlaten.
Wij noemen dit ervaring.
21 juni 2012
Thursday, June 21, 2012
Tuesday, June 12, 2012
Wissels
Opdracht Schrijvenswaard
Wij rakend aan een tijd die ons voorbij
raast. Het tegenovergestelde verwachten
– een wederzijds begroeten, een trein die
met elk gesprek verder gaat.
Niets ervan is waar. Over en weer vindt een
elders plaats. Een afstand die zich niet laat
bedwingen. Elke seconde er een te veel.
Als je op kijkt blijkt alles net zo goed
voorbij. Zonet nog de wissels. Wat wij van
elkaar wisten zal zich niet meer herhalen.
Elk herkennen op dood spoor gezet. Waar
ik je zag zitten een lege plek – treinen
die strak op schema gaan. Denken niet wetend
wat passeerde.
Vragen even nutteloos als beantwoord.
Wie ons tegenkomt kent louter toeval.
12 juni 2012
Wij rakend aan een tijd die ons voorbij
raast. Het tegenovergestelde verwachten
– een wederzijds begroeten, een trein die
met elk gesprek verder gaat.
Niets ervan is waar. Over en weer vindt een
elders plaats. Een afstand die zich niet laat
bedwingen. Elke seconde er een te veel.
Als je op kijkt blijkt alles net zo goed
voorbij. Zonet nog de wissels. Wat wij van
elkaar wisten zal zich niet meer herhalen.
Elk herkennen op dood spoor gezet. Waar
ik je zag zitten een lege plek – treinen
die strak op schema gaan. Denken niet wetend
wat passeerde.
Vragen even nutteloos als beantwoord.
Wie ons tegenkomt kent louter toeval.
12 juni 2012
Monday, June 11, 2012
Toestand
Opdracht subgroep Schrijvenswaard
Mijn kijken is degelijk waar. Het fietsen
verbreedt mijn horizon tot een niet te
onderschatten verte.
Ik ben zo hier als ik nu ga. De weiden zijn
van vroeger tijden en de vogels blijven
zelfverzekerd.
Waarom zou ik nu lijden? Niets dat op
rampspoed lijkt hoe waarschijnlijk ik
het ook mag vermoeden.
Het uitzicht mag nog even en de zon heeft
geen haast. Wat ik wil vertoont haar
glorieuze toekomst.
Het hoge gras wuift zijn speelse streken, de
grutto blèrt zijn felle heden. Paniek om
schurkenstreken.
Als ik afstap is het volop zomer. De gedachte
niet meer voor of achteruit te branden. Waar
ik mij bevind volledig om het even.
Het brood het brood en het water smaakt naar
water. Het is tijd voor de rust om volledig
te gaan zwijgen.
11 juni 2012
Tuesday, June 05, 2012
Buiten beeld
Documentaire over dichteres Judith Herzberg
Laat wat zich aan mij afspeelt slechts visie zijn. Het
diafragma niet vervuild door de nieuwsgierige
blikken van wie mij weten wil.
Geen spullen die ik achteloos met mij meedraag.
Een decor van horen zeggen, een vermoeden van
mijn karakter.
Wie mij toeschouwt, staart zich blind op niet
toedoende zaken. Buiten mij is een wereld die
mij hongerig ontkent.
Zo wil niet leven, zo zal ik niet schrijven. Afstand noopt
taal tot tekens te bewaren. Zonder opsmuk, zonder
tranen. Wie ze leest, kent de strekking.
Kleine, tot in de details. Uit mijn denken moet ik straks
blijken. Wie ik zo ben leert mij de tijd. Hoe men mij
aantreft volstrekt onbelangrijk.
Genadeloos de hand die mij leidt.
6 juni 2012
Laat wat zich aan mij afspeelt slechts visie zijn. Het
diafragma niet vervuild door de nieuwsgierige
blikken van wie mij weten wil.
Geen spullen die ik achteloos met mij meedraag.
Een decor van horen zeggen, een vermoeden van
mijn karakter.
Wie mij toeschouwt, staart zich blind op niet
toedoende zaken. Buiten mij is een wereld die
mij hongerig ontkent.
Zo wil niet leven, zo zal ik niet schrijven. Afstand noopt
taal tot tekens te bewaren. Zonder opsmuk, zonder
tranen. Wie ze leest, kent de strekking.
Kleine, tot in de details. Uit mijn denken moet ik straks
blijken. Wie ik zo ben leert mij de tijd. Hoe men mij
aantreft volstrekt onbelangrijk.
Genadeloos de hand die mij leidt.
6 juni 2012
Subscribe to:
Posts (Atom)