ELEMENTAIR
Excursie
KNNV Geestmerambacht
Een halverwege. Er was een oponthoud,
een
weerstand die geen kansen bood. Striemende
regen, een huiverig onvermogen om onszelf
te zijn – de vogels lieten het wachten aan het
kijken.
weerstand die geen kansen bood. Striemende
regen, een huiverig onvermogen om onszelf
te zijn – de vogels lieten het wachten aan het
kijken.
De bomen hadden norsheid aangemeten,
het
riet hield zich onbewogen – alles in een
meedogenloos blijven, alles ongeacht.
Zoals het ooit had moeten blijken – aan
ruige wetten onderhevig.
riet hield zich onbewogen – alles in een
meedogenloos blijven, alles ongeacht.
Zoals het ooit had moeten blijken – aan
ruige wetten onderhevig.
Wij wisten van niets, wij moesten
teleurgesteld.
Terug te trekken op alle mogelijke fronten.
Elementair – en wat dan nog te zeggen. De
natuur was wild en kende geen respijt.
Terug te trekken op alle mogelijke fronten.
Elementair – en wat dan nog te zeggen. De
natuur was wild en kende geen respijt.
Raak mij aan, zei je. Vertel mij dat
jij echt voor
mij bent. Ik nam je koude handen in de mijne. Ik
zei het je – wij leven. Wij zullen, ook al wil het ons
vergeten. Want wij, wij kunnen onze tijd nooit
verlaten – tegen welke stroom dan ook –
mij bent. Ik nam je koude handen in de mijne. Ik
zei het je – wij leven. Wij zullen, ook al wil het ons
vergeten. Want wij, wij kunnen onze tijd nooit
verlaten – tegen welke stroom dan ook –
Elbert Gonggrijp, Heerhugowaard,
woensdag januari 2014