TERZIJDE
Duindagboekgedicht 50
uitgewerkte Smartphone opname
Duindagboekgedicht 50
uitgewerkte Smartphone opname
Wanneer het duin zich ontdaan heeft van zijn getuigen, de zon
zich terugtrekt zonder blikken of blozen, waaraan hecht ik mij
dan nog? Alles ontwaart zich alsof van zelf gesproken een
tijdlozer aard nu alles verdwijnt in steeds minder.
zich terugtrekt zonder blikken of blozen, waaraan hecht ik mij
dan nog? Alles ontwaart zich alsof van zelf gesproken een
tijdlozer aard nu alles verdwijnt in steeds minder.
Het leeft haar verte terdege terwijl de Meeuwen maken
dat zij
zich wegscheren, de zee haar monotone bulderen blijft bedoelen
en het licht langzaamaan wordt gedempt. Alsof hier niets zou
bestaan als je het niet eerder had bekeken.
zich wegscheren, de zee haar monotone bulderen blijft bedoelen
en het licht langzaamaan wordt gedempt. Alsof hier niets zou
bestaan als je het niet eerder had bekeken.
Dat de knoppen van de Kruipwilg al miniem ontluiken
lijkt
van generlei waarde, de alarmkreet van een Graspieper een
overbodige. Dat je hier onuitgenodigd te gast was, terwijl je
hier wel degelijk vertoefde.
van generlei waarde, de alarmkreet van een Graspieper een
overbodige. Dat je hier onuitgenodigd te gast was, terwijl je
hier wel degelijk vertoefde.
Een toneel dat zonder woorden al
van eeuwen eerder. Het ligt er
vooralsnog ongehavend –
van eeuwen eerder. Het ligt er
vooralsnog ongehavend –
No comments:
Post a Comment