Sunday, May 25, 2014

DEPARTURE

DEPARTURE
Afscheid van Oslo













1.

                            

Ik heb overwogen om te schrijven
al voor ik opstijg. Op wieken
gedragen, want dit land
dient verlaten.

Ik had gezien wat ik wilde en jij
zocht het met mij mee: de versteende
beelden, een toevallig park, een
pleisterplaats voor Vigeland.

Jij verkende jouw verstilde verdriet,
want jij wist het. De composities
van vrouw tot man, kind tot moeder.
Ik heb jou aanschouwd en foto's
bewaard voor later.

Om niet te vergeten, hoe pijnlijk
steen dan ook –





                                                                        












2.


En we zagen de mensen, hun nationale 
volksfeest. De klederdracht van een
folklore zo aanwezig dat het niet te
tellen was, zo trots, zo zelfbewust.

Wat zal ik dragen als ik jou vertellen
wil dat jij belangrijker bent dan
liefdevol. Hier was het een optocht
voor een vrijgevochten vaderland.
Bij mij een mondvol woorden.

Ik draag ze, omdat het zo nodig is
om te laten zien hoe uniek ik
mij jou wil.

In parade.















3.



Nu ben ik boven de wolken
en overdenk mijn gedachten.
Ik zag een landschap vol
meanderende beken en
verkavelde percelen. In
een structuur op chaos
geleken. Maar zo
bewonderlijk
uit het stijgen
steeds kleiner.

Nu ga ik verder zonder dat
er tijd lijkt te verstrijken,
want de schaduw op de
vleugel en de blauwe
lucht een constante.

Dit wordt thuis zijn, maar
voor later. Want wij drijven
en hechten ons geen vaste
grond.














4.




Wij probeerden de terrassen, want
wij wilden ons mooi weer. Het werd
zonnig in alles wat wij deden en
hieven fier de glazen.

Het was weer zoveel herinneringen.
Was het ooit een ooit dan een nu
verzinnen. Of een toekomst zeker
weten.

Van wij wisten al veel eerder. Dit
was uiteindelijk zoveel geluk
dat wij er bijna niet aan konden
beginnen.

Wij hadden het gedaan.




















5.



















Ik had gevonden wat jij zocht en ging
voortdurend met je mee. Het was de
tijd van het aarzelend verkennen.

Een tasten naar de lichamelijke steen,
warm als de zon en koud als zijn
schaduw. Wij wilden weten wie
wij zagen.

Beelden van zijn hand. Een uitgewerkte
vraag, een pose van het uit te zoeken
waarom. Een besef hoe kortstondig
wij ook..

Maar hoe immer wat hier staat.
Het weet zich zeker –



















6.















Langzaam zocht ons gesprek de
nacht, tussen waken en vergeten.
Het lachte of rookte een sigaret.

Nu is het landen ingezet. Een
afscheid dat vooraf nog zover
had geleken.

Er was een glas en wij dronken
het bier zoals het kon. Oslo
liet ons los.

Wij gedachten later op de
vleugels. Want de herinnering
thuis en alles als vanouds.

Zo kort en toch verwacht.






Elbert Gonggrijp,  Vlucht KL - 1142,  Oslo - Amsterdam,  zondag 18 mei 2014

No comments: