LEREN LOPEN
Voor Hendrik Beekman
Zoals het was – moeten leren lopen, maar omdat
het
vanuit liefde is, ook al is het gemis vele
malen groter.
Vanuit het avondrood weer de ochtend aangegaan, zij
Vanuit het avondrood weer de ochtend aangegaan, zij
zou het hebben gewild en de tijd, de verdomde tijd.
Ik – jij – krijgt het zielenrust, dan was het
beter zo.
Natuurlijk is er de liefde en in alles de vrijheid om
in alles, maar wat nu? In de dauw schilder ik mijn
naam, de aarzelende voetstap om maar weer –
Natuurlijk is er de liefde en in alles de vrijheid om
in alles, maar wat nu? In de dauw schilder ik mijn
naam, de aarzelende voetstap om maar weer –
Maar het gemis en dan toch verder te gaan. De pijn,
maar hoe verdraagt het zich. Ik maak mij het meest
maar hoe verdraagt het zich. Ik maak mij het meest
evenredig beeld, splinter uit hout Amor en
Psyche,
Zij bestonden zo naast elkaar.
2 vlinders verliefd, zo broos gelukkig, maar even
zo plots.
Wat wil de werkelijkheid – aan het leven
ontrukt moet vanuit stilte weer beweging, leeft
het
weerbarstig gekraste hart tegen elke verdrukking
weerbarstig gekraste hart tegen elke verdrukking
in. Met het eerste schemerlicht ontwaakt de
sprankelende hoop.
Daar staat ze nog. Zij herhaalt zich, want zij
is,
zij leeft zolang je aan haar denkt. Het vertelde
zij leeft zolang je aan haar denkt. Het vertelde
zich overal waar jij je eenzame voetstap. Het
is
leren lopen, maar zo afzonderlijk alleen.
Het maakt zich het beeld, het herinnert zich de
liefde
die zichzelf nooit tegenspreekt, maar evenzo de
onfortuinlijke dood, de weerbarstige tijd, en jij,
onfortuinlijke dood, de weerbarstige tijd, en jij,
zoals jij, natuurlijk –
Elbert Gonggrijp, Alkmaar,
zondag 30 november 2014
Gebaseerd op een vraag naar titels voor een gedicht op Facebook