EENVOUD
Duindagboekgedicht 99
Uitgewerkte I-Phone opname
Duindagboekgedicht 99
Uitgewerkte I-Phone opname
Het
welkome gekras van een Grasmus in zijn
kortstondige vlucht of vanuit het lage struikgewas,
de verre roep van een Koekoek die indachtig
schoolplaten zijn antieke plek verwerft.
kortstondige vlucht of vanuit het lage struikgewas,
de verre roep van een Koekoek die indachtig
schoolplaten zijn antieke plek verwerft.
Het
heeft weinig moeite om te worden herkend.
Leegte wordt alsmaar meer lente. In de ochtendstond
verrijzen de Hoornbloemen en sappige twijgen,
weten de Hooglanders van vraat.
Leegte wordt alsmaar meer lente. In de ochtendstond
verrijzen de Hoornbloemen en sappige twijgen,
weten de Hooglanders van vraat.
Alle
Viooltjes bloeien, staan hun mannetje paraat.
Er kan zoveel meer in dit ondertussen, geen mens op
pad terwijl de uitgestrekte zwarte schaduwen traag
van de duinen schrijden.
Er kan zoveel meer in dit ondertussen, geen mens op
pad terwijl de uitgestrekte zwarte schaduwen traag
van de duinen schrijden.
Ik
verblijf op het pad, geef mijn ogen de kost,
herinner mij mijn bescheiden rol die mij slechts
voor even beduusd deelgenoot maakt van
dit wonderbaarlijk ene –
herinner mij mijn bescheiden rol die mij slechts
voor even beduusd deelgenoot maakt van
dit wonderbaarlijk ene –
Gedicht + Foto's Elbert Gonggrijp,
PWN duinen Bergen aan Zee,
Kolenpaadje,
maandag 7 mei 2018
PWN duinen Bergen aan Zee,
Kolenpaadje,
maandag 7 mei 2018
Akkerhoornbloem |
No comments:
Post a Comment