Waar was je?
Waar was je toen mijn woorden nog te schel, de zon nog
schuw eerste bladeren bescheen, het voorjaar mij gretig
begroette, jij afwezig elders vertoefde, water met bakken
uit de ongenaakbare hemel viel?
schuw eerste bladeren bescheen, het voorjaar mij gretig
begroette, jij afwezig elders vertoefde, water met bakken
uit de ongenaakbare hemel viel?
Je was van alle tijden, maar voortvarend als de Zwaluwen
boven de sloten, die gejaagd hun vlucht jongleerden. Net
boven de sloten, die gejaagd hun vlucht jongleerden. Net
terug uit verre oorden – terwijl jij en ik nietsvermoedend
een elders bespeurden in een wederzijds verlangen.
een elders bespeurden in een wederzijds verlangen.
De Kastanjes verwaaien gestaag hun groene kruinen
buiten tot je ervan duizelt. Waar het kind beter van wist
ontmoet ik jou ondanks de kou, laat het voortvluchtig
houden van aan de voorlopige tijd.
buiten tot je ervan duizelt. Waar het kind beter van wist
ontmoet ik jou ondanks de kou, laat het voortvluchtig
houden van aan de voorlopige tijd.
Wanneer zien wij elkaar weer liefste? Ergens diep
van binnen leven wij elkaar al tot een vanzelfsprekend
samenzijn door elkaar aan te blijven kijken –
van binnen leven wij elkaar al tot een vanzelfsprekend
samenzijn door elkaar aan te blijven kijken –
Elbert Gonggrijp,
Egmond aan den Hoef,
zaterdag 4 mei 2019
Egmond aan den Hoef,
zaterdag 4 mei 2019
No comments:
Post a Comment